Boot en root diskettes aanmaken(Deze stap is alleen nodig als je niet vanaf een CD-ROM kunt booten).Het zou kunnen dat je Linux CD-ROM wordt geleverd met daarop de hulpmiddelen voor de installatie die je, met behulp van interactieve aanwijzingen, door de processen heensluist die te maken hebben met het aanmaken van de boot-, root- en rescue-diskettes. Dit kan een MS-DOS installatie-programma zijn (zoals het Red Hat redhat.exe programma) of een Unix-script of beiden.Als je zo'n programma hebt en het kunt gebruiken, zou je de rest van deze subsectie slechts ter informatie moeten lezen. Start het programma op om de werkelijke installatie uit te voeren -- de auteurs ervan weten beslist meer van de specifieke distributie dan ik weet, en je zult er veel fouten mee kunnen voorkomen die bij een handmatige invoer al gauw neigen op te treden.Zie de Linux Bootdisk HOWTO , voor meer gedetailleerde informatie over het maken van boot-diskettes.Je eerste stap bestaat uit het selecteren van een voor je hardware geschikte bootdisk-image. Als je dit met de hand moet doen, zul je gewoonlijk merken dat of (a) de bootdisk images op je CD-ROM op een dusdanige wijze zijn benoemd dat het je zal helpen om de juiste eruit te kiezen, of (b) er zich een index-bestand vlakbij bevindt die iedere image beschrijft.Vervolgens moet je van de gekozen bootdisk en optioneel van de rescue-images diskettes aanmaken. Hier komt het MS-DOS programma RAWRITE.EXE aan bod.Vervolgens heb je twee of drie geformatteerde high-density MS-DOS diskettes nodig. (Ze moeten van hetzelfde type zijn; Dat wil zeggen, dat als je opstartdiskettestation een 3.5&dquot; drive is, beide diskettes van het high-density 3.5&dquot; formaat moeten zijn). Je gebruikt RAWRITE.EXE om de bootdisk-images naar de diskettes te schrijven.Roep het als volgt zonder argumenten aan:C:\> RAWRITEBeantwoord de aanwijzingen voor de naam van het bestand dat moet worden weggeschreven en de diskette waar het naar toe moet worden geschreven (zoals A:). RAWRITE zal het bestand, blok-voor-blok , direct naar de diskette schrijven. Gebruik RAWRITE ook voor de rootdisk-image (zoals COLOR144). Als je klaar bent, heb je twee diskettes: één met de bootdisk, de ander met de rootdisk. Let er op dat deze twee diskettes niet langer leesbaar zijn voor MS-DOS (het zijn in bepaalde zin ``Linux-formaat'' diskettes).Je kunt op een UNIX-systeem voor dezelfde taak het dd(1) commando gebruiken. (Hiervoor zul je natuurlijk een UNIX-werkstation met een diskettestation nodig hebben). Op bijvoorbeeld een Sun werkstation met het diskettestation op device /dev/rfd0, kun je het volgende commando gebruiken:$ dd if=bare of=/dev/rfd0 obs=18kJe moet op sommige werkstations (b.v., Suns) het passende uitvoer-argument (het `obs'-argument) voor de blokgrootte opgeven, anders werkt het niet. Als je hier problemen bij ondervindt, zou de man page voor dd(1) informatief kunnen zijn.Wees er zeker van dat je gloednieuwe foutvrije diskettes gebruikt. De diskettes mogen geen slechte blokken bevatten.Het is niet nodig dat je Linux of MS-DOS hebt geïnstalleerd om Linux te kunnen installeren. Het maakt het echter makkelijker om de boot en root diskettes vanaf je CD-ROM aan te maken. Als je geen besturingssysteem op je computer hebt, kun je bij iemand anders Linux of MS-DOS gebruiken om de diskettes aan te maken, en hier vervolgens mee installeren.